Wat te doen als je recht onder een draaiend ‘Wiel des Doods’ terecht komt? Juist: buik inhouden. En wat gebeurt er als je honderden gekleurde balletjes laat meestuiteren tijdens een trampoline-act? Kort samengevat: iets betoverend moois. En zo komt de Race Horse Company keer op keer met originele vondsten. Technieken uit het circus worden gecombineerd met attributen uit het dagelijks leven, moves uit de hiphopsfeer, maffe invallen en absurdistische grappen die voortspruiten uit het brein van een troepje ongepolijste kerels.

Super Sunday is de opvolger van Petit Mal, waarin het Nederlandse publiek twee jaar geleden kennismaakte met de Finse ruwe bolsters. Een circusvariant op ‘garagepunk’, want in plaats van op elektrische gitaren, raggen deze jongens op trampolines of grote opblaasballen, dollen ze in het Wiel des Doods, laten zich over het toneel katapulteren of doen woeste trucs op de Russische balk.

De Race Horse Company geeft een rauwe draai aan het poëtisch georiënteerde Nouveau Cirque. Zelf spreken de heren liever van ‘concreet circus’: ‘een combinatie van de traditie der dorpsgekken en performing art, waar zweet en blauwe plekken de huid van de uitvoerenden verfraaien.’ Want er kán wel eens iets misgaan, nietwaar? Die Russische balk is bijvoorbeeld niet zonder gevaar voor de edele delen…